De Amerikaanse vuilbroedziekte van de honingbij
Merk je de Amerikaanse vuilbroedziekte op in jouw bijenvolk, dan dien je dit te melden bij het FAVV. Deze ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie, de Paenibacillus larvae en treft enkel de larven. De volwassen honingbijen worden niet ziek, maar kunnen wel drager zijn van de bacterie en de ziekte verspreiden naar andere bijenvolken.
Gelukkig komt deze ziekte bij ons niet zoveel voor. Als er een uitbraak wordt vastgesteld, wordt er een perimeter van enkele kilometers ingesteld waarbinnen het transport van honingbijen en bijenteeltmateriaal niet is toegestaan. De besmette kolonie wordt vernietigd om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen.
Hoe herken je Amerikaans vuilbroed?
Amerikaans vuilbroed kan worden herkend aan een aantal symptomen. De bacteriesporen worden overgedragen tijdens het voeden van de larven, waarna ze in de middendarm van de larve ontkiemen. De bacteriën vermenigvuldigen zich vervolgens razendsnel in het broed en tasten de inmiddels verpopte larven verder aan, wat uiteindelijk leidt tot de dood van de hele kolonie. Er zijn een aantal kenmerken die kunnen duiden op een aantasting:
- Er kan een onaangename geur worden waargenomen.
- Het broednest is onregelmatig met celdeksels die inzakken en kleine gaatjes vertonen.
- Veel open cellen tussen het gesloten broed.
- De cellen zijn gevuld met vuilwitte tot bruingele slijmdraden.
Hoe kan je de ziekte voorkomen?
Verspreiding van de ziekte kan je voorkomen door roverij van andere bijenvolken te voorkomen en door hygiënisch te werk te gaan. Voer de bijen enkel met honing die je zelf hebt geoogst en gebruik geen honing waarvan je de herkomst niet kent. Daarnaast is het verstandig om geen gebruikte bijenkasten en materiaal aan te schaffen om besmetting tegen te gaan.
Een vaccin voor de honingbijen
Maar er is goed nieuws! Wetenschappers in Finland hebben een vaccin ontwikkeld om honingbijen te beschermen tegen deze ziekte. Het is het allereerste vaccin voor bijen en als het succesvol blijkt, kan het verder worden ontwikkeld om honingbijen nog tegen andere ziekteverwekkers te beschermen.
Het vaccin wordt gemengd met zoetstof en zo aan de koningin van de bijenkolonie gevoerd. Zodra de koningin het vaccin heeft opgenomen, zal ze de antistoffen verder aan de andere bijen doorgeven waardoor de hele kolonie gevaccineerd raakt. Ook voor wilde, solitaire bijen zou een vaccin nuttig zijn, omdat ook zij vatbaar zijn voor allerlei virussen.
De gevolgen van de klimaatverandering
Naast virussen en infecties vormt de klimaatverandering een groot probleem voor onze bestuivers. Door het onvoorspelbare weer, wordt het vinden van voedsel een grotere uitdaging, en hommels en bijen vliegen soms uit op het moment dat er nog nauwelijks voedselplanten beschikbaar zijn. Door de temperatuursverhoging kunnen bloemen ook eerder gaan bloeien (en dus vroeger uitgebloeid zijn), wat problemen kan veroorzaken voor solitaire bijen die afhankelijk zijn van één specifieke plantensoort voor hun voedsel.
Veel hommels en bijen zoeken bij gebrek aan voedsel op het platteland, hun toevlucht in verstedelijkte gebieden, maar net daar worden nog extremere temperaturen gemeten. Hommels kunnen met hun dik behaarde lijf, te warme temperaturen niet verdragen. Zij vliegen dus vroeger uit dan bijen die pas bij hogere temperaturen de bijenkast verlaten. Deze eigenschap maakt dat de hommel gevoeliger is voor klimaatsverandering.
Bestuivers krijgen het dus steeds moeilijker! Zaai en plant daarom een grote variatie aan nectarrijke bloemen in jouw tuin, gebruik natuurlijke bestrijdingsmiddelen en hang een bijenhotel op voor de wilde bijen in jouw omgeving.