Planten vermeerderen door zelf te stekken

Wil je jouw bestaande planten vermeerderen?  Dan kan je dit meestal zonder veel moeite zelf doen. Afhankelijk van het soort plant moet je een bladstek, wortelstek of stengelstek nemen en mits goede verzorging zal die stek uitgroeien tot een nieuwe plant met dezelfde eigenschappen die ook op dezelfde manier zal bloeien of vruchten voortbrengen.

De materialen om zelf stekken te nemen van planten:

• stekmesje
• stek- of kweekgrond
• kweekbak (vensterbankkas) en potjes
• geduld

Stekken doe je best tijdens het groeiseizoen van de plant. De stekjes zullen sneller wortels vormen en ook eerder in blad staan. Hou er rekening mee dat de stekjes zelf geen water kunnen opnemen omdat ze geen wortels hebben. Het is dus belangrijk dat de zaai- en stekgrond niet uitdroogt. Het uitdrogen kan je tegengaan door de bak af te dekken met een folie of plastic, maar zorg ervoor dat er geen schimmel door ontstaat. Schimmels groeien namelijk zeer snel in een vochtige omgeving. Zodra de stekjes wortels hebben mag de folie wel weggehaald worden.

Vlieshoes voor planten - groen - 120 x 180 cm

^€12⁹⁹

Bekijk in onze webshop

Beschermhoes extreme planten - Ø 200 x 300 cm

^€79⁹⁹

Bekijk in onze webshop

Vetplantjes zijn eenvoudige planten om te stekken. Bij vetplanten kan je bladstekken nemen: snij een stukje van het blad af en laat voldoende drogen (afhankelijk van de dikte kan dit 1 tot enkele weken zijn).
Zodra de stek een wondweefsel heeft gevormd mag ze in de stekgrond gestoken worden. Eerder kan leiden tot schimmelvorming doordat de aanwezige schimmels in de potgrond de stek kunnen aantasten.
Zolang de wortels nog moeten groeien zet je de stek beter niet op een plaats in de zon. Dit zorgt voor snellere uitdroging.

Planten met knoppen of ogen kan je vermeerderen door wortelstekken te nemen. Dat doe je best in het najaar of de winter. Graaf de plant op en schud de aarde van tussen de wortels. Het maakt niet zo veel uit of je de dikke of dunne wortels gaat snijden, belangrijk is wel dat je ze bij dikke wortelstekken terugplant in de richting zoals ze stonden. Snij de wortel in stukken van 5 tot 10 cm (hoe dunner de wortel hoe langer) en hou goed bij wat de boven- en onderkant van de wortel was. Vul een bakje met zaai- en stekgrond en druk goed aan. De wortelstekken komen daar bovenop te liggen en dek ze terug af met een nieuw laagje zaai- en stekgrond. Plaats de kweekbak op een donkere, maar vorstvrije plaats en geef van tijd tot tijd wat water. Zodra de wortels ontwikkelen komen de eerste stengels ook uit, eenmaal de plant een mooie kluit heeft kan je ze gaan uitplanten in de volle grond.

Kruiden zoals salie of rozemarijn kan je vermeerderen door stengelstekken te nemen.
Snij de stengel steeds schuin en met een scherp stekmesje af net onder een oog. Neem het middelste gedeelte van de stengel, want aan de bovenkant zijn ze vaak te slap om te gebruiken. De onderste kunnen te houtig zijn. Laat de stengelstek enkele uurtjes drogen. Belangrijk is dat ook deze stekken in de goede richting in de stekgrond zitten. Wortels zullen namelijk altijd opnieuw gevormd worden aan de kant die oorspronkelijk het dichtste bij de wortels zat.
Zet de kweekbak op een donkere plaats en controleer regelmatig of je niet moet broezen.