Latijnse naam | Allium ursinum |
Plantennaam | Daslook |
Familie | Liliaceae |
Soort gewas | Vaste planten , Bol- en knolgewassen |
Groeihoogte max. | 20 - 30 cm |
Bloeikleur | Wit |
Bloeimaand | April, Mei |
Bladkleur | Blauwgroen |
Wintergroen | Bladverliezend |
Winterhardheid | Goed winterhard |
Standplaats | Zon, Halfschaduw |
Habitat | Normale bodem, Vochtige bodem |
PH bodem | Neutraal |
Speciale kenmerken | Geurende bloem, Bodembedekkers, Woekerplant, Bijen aantrekken, Vlinders aantrekken, Aromatisch, Tuinkruiden |
Allium ursinum is een bodembedekkende bolgewas met lineaire eetbare bladeren en rechtopstaande stengels met bloemschermen van geurige, stervormige, witte bloemen met sterke uien/knoflookgeur maar zachter van smaak.
De planten hebben slechts 2 bladeren, en kunnen verward worden met het lelietje-van-dalen dat duidelijk naar knoflook ruikt (opgelet lelietje-van-dalen is giftig).
De beste periode voor het oogsten is begin mei voor de bloei, dan hebben de planten het meeste aroma. Daarna verdwijnt de plant ondergronds, om het volgend jaar in maart weer naar boven te komen.
Alleen verse bladeren gebruiken, bij groenten, aardappelen,salades, zachte kaas, gratins, soepen, risotto.
Verlangt een vochtige schaduwrijke plek maar doet het nog goed in de zon( geen hete middagzon).
Plant in de herfst, bij voorkeur in vruchtbare, normale of vochtige maar goed doorlatende leem.
Het blad wel laten afsterven want daar put deze bol zijn voedselreserve uit.