Latijnse naam | Rosa 'Cristata' |
Plantennaam | Roos |
Familie | Rosaceae |
Soort gewas | Rozen |
Groeihoogte max. | 120 - 150 cm |
Bloeikleur | Roze |
Bloeimaand | Juni, Juli |
Bladkleur | Blauwgroen |
Wintergroen | Bladverliezend |
Winterhardheid | Goed winterhard |
Standplaats | Zon |
Habitat | Normale bodem, Vochtige bodem |
PH bodem | Neutraal |
Speciale kenmerken | Snijbloem, Geurende bloem, Solitairplanten, In groep planten |
Een mosroos van Hilzer-Kirche, Zwitserland (1827)
Deze botanische roos is een niet erg krachtige losse struik met slanke stengels, veel doorns en grote grijsgroene bladeren.
Bloeit éénmalig in juni-juli met grote, extreem dubbele, bolvormige bloemen van puur roze. De takken kunnen best steun verdragen vanwege de zeer flexibele takken die buigen onder het gewicht van de bloemen.
De bloemknoppen zijn bedekt met een kroesgroen dat doet denken aan gekrulde peterselie. Ze lijken zowaar op de hoed van Napoléon. Ook aan de rand van de bloemblaadjes heeft zich een groen pluimpje gevormd dat onder de bloem vandaan steekt.
Naast deze bijzonderheid wordt deze koolroos gewaardeerd om zijn buitengewone, onvergelijkbare sterke zoete geur.
H.120 x Br.150cm.
Deze centifoliaroos laat zich gemakkelijk stekken.
Na de bloei een derde terugsnoeien.