Latijnse naam | Cucumis melo 'Cavaillon' |
Plantennaam | Meloen |
Familie | Cucurbitaceae (Komkommerfamilie) |
Soort gewas | Eenjarige planten |
Tuinfunctie | Fruit |
Winterhardheid | Niet winterhard |
Standplaats | Zon |
Habitat | Normale bodem, Vochtige bodem |
Speciale kenmerken | Opvallende vruchten, Fruit |
Cantaloupe-meloenen. De naam is afgeleid van Cantalupo, een gehuchtje in de buurt van Rome, waar deze meloenen in de tuin van de Paus werden geteeld. Ze zijn rond of iets afgeplat van vorm en zijn aan de buitenkant verdeeld in segmenten of bedekt met wratachtige knobbels. Het bekendste ras uit deze categorie is de Charentais of Cavaillon. Ook het ras Oranje Ananas behoort tot dit type en heeft ook oranje-geel vruchtvlees.
Teelttips
Meloenen komen het best tot hun recht in een kas of eventueel een plastic tunnel. Plantafstand: 50 x 80.De mannelijke bloemen zitten in de oksels tegen de hoofdscheut, de vrouwelijke op de zijranken. Insecten zorgen voor de bestuiving of u brengt manueel wat stuifmeel van de mannelijke bloemen aan op de stamper van de vrouwelijke. De zijscheuten top je op 3 tot 4 bladeren. Opgelet: zware vruchten kunnen best wat ondersteuning gebruiken. Je ruikt het letterlijk wanneer de meloenen rijp zijn. Niet te zwaar bemesten, liefst wat bijbemesten net voor de bloei. Meloenen voelen zich beter in een lichte grond dan in een zware.
Problemen en ziektes
Meloenplanten zijn net zoals trouwens de komkommerachtigen zeer gevoelig voor koude. Het ideale tijdstip om te planten is vanaf 15 mei. Watergift met koud water is te vermijden. Wanneer de bodemtemperatuur te laag is krijgt men al gauw met wortelproblemen te maken (pythium), let op ook in hobbyserre moet je de bodemtemperatuur in het oog houden!