Bonsai zelf opkweken uit zaad of Misho in het Japans

Bonsai kweken uit zaden (Misho)

Misho is de Japanse benaming voor het kweken van een Bonsai uit zaad. Deze methode kost het meeste tijd van alle manieren om Bonsai op te kweken. Maar daar staat tegenover dat je vanaf het begin de boom gecontroleerd op kunt laten groeien en bovendien zijn de kosten erg laag.

Allereerst moeten er geschikte zaden van de gewenste boomsoorten worden verzameld of worden aangeschaft. Zaden zoals kastanjes en eikels zijn makkelijk te vinden in bossen, zaden van naaldachtigen (coniferen)  bevinden zich in dennenappels. Om ze te verzamelen moet je de dennenappels op een warme plaats bewaren, de zaden rollen dan vanzelf tussen de schubben vandaan. Het planten van de zaden gebeurt pas in de vroege lente.

Voor het zaaien moeten de zaden gedurende een nacht in water worden geweekt om te kijken welke levensvatbaar zijn: de zaden die naar de bodem zakken zullen gaan ontkiemen. De drijvende zaden kunnen worden weggegooid.

Stappenplan van het zaaien:

• Kies een pot met een diepte van ongeveer 15 cm, met een gat voor de afwatering.
   

• De onderste laag van de pot (ongeveer 1/4 deel) moet worden gevuld met een grof grondmengsel. Meng hiervoor fijn grind met akadama (een kleisoort, te koop bij elke Bonsai handel) in de verhouding 1/2 + 1/2.
   

• Op de onderste laag komt een laag met akadama, fijn grind en potgrond, in de verhouding: 1/2 + 1/4 + 1/4. Deze laag komt tot ongeveer 3 cm onder de potrand te liggen.
   

  

  Bonsai Hark

  ^€10⁹⁹

  Bekijk in onze webshop

  

  Papaver Black Paeony

  ^€1⁷⁹

  Bekijk in onze webshop

• Leg de zaden bovenop de grond, met een onderlinge afstand van 2 tot 5 cm (afhangende van de zaadgrootte). Zie foto 1

• Bovenop de zaden komt de laatste grondlaag, van akadama en potgrond, in de verhouding 1/2 + 1/2.  Zie foto 2

• Spoel een flinke hoeveelheid water over het zaaibed, doe dit met een fijne sproeikop en zorg ervoor dat er geen grond wordt weggespoeld.

De Nazorg

Plaats de pot buiten, op een zonnige plek, liefst beschut tegen de wind. Het zaaibed moet vochtig worden gehouden, maar zeker niet nat. Voel dus even met een vinger hoe vochtig de grond is. Na een jaar kunnen de zaailingen apart worden gezet, gebruik bij het verpotten wel een deel van het originele grondmengsel.