Tuintip - Zomerse klussen.
Eindelijk laat de zon zich weer zien en daar genieten we met z'n allen van. Want stilaan komt september dichterbij en bereiden we ons voor op het aankomende najaar. Heb je al nagedacht over welke planten je zal aanplanten, welke herfstbloembollen waar komen en of er nog plaats is voor een egelhuis en/of voedertafel?
Maar eerst nog flink doorwerken in de groentetuin om zo lang mogelijk van een mooie oogst te kunnen genieten!
Algemene tuintaken
- Het is stilaan tijd voor de eerste lavendelsnoei. De bloeiaren mogen net boven de bladeren worden gesnoeid. Takken die hier en daar uitspringen mogen ook worden weggenomen om een mooie vorm te verkrijgen, snoei zeker niet te kort want de lavendel moet veilig en wel de winter in met voldoende bescherming. Snoei pas wanneer het minder warm is zoals in de avond.
- Bij vochtig weer kunnen er in een korte periode grote aantallen slakken actief worden. Vanaf half augustus worden de nachten langer en zijn er in de ochtend langere dauwperiodes. Naaktslakken houden van deze omstandigheden en dienen bijgevolg met slakkenvallen bestreden te worden. Lees ook onze tips tegen slakken weren.
- Als het vochtiger wordt, slaan schimmels gemakkelijk toe. Wees daarom alert en treed snel op.
- Uiteraard dien je in de droge periodes steeds water te geven. Doe dit met mate en laat de waterslang niet onnodig in de zon liggen. Kunststof kan hierdoor verharden of verslappen waardoor de tuinslang waardeloos wordt. Gebruik tuinslanggeleiders om te voorkomen dat uw tuinslang door de borders wordt gesleurd.
- Haal giftige vruchten weg als kinderen in de buurt zijn! Peulen van Gouden regen, bessen en zaden van het Peperboompje, Taxus en Lelietje-van-Dalen zijn zeer giftig!
- Door het droge warme weer blijft het meeste onkruid weg. Heb je er toch last van, bestrijdt ze dan op een ecologische manier en bescherm zo jouw tuin en het tuinleven er in.
Het gazon
- Het gazon gaan we 1 of 2 keer per week maaien, afhankelijk van de groei. In droge periodes maaien we minder vaak en op een hogere stand om uitdroging door te grote verdamping tegen te gaan. Ook 's avonds maaien kan hierbij helpen. Het zou anders te snel kunnen verbranden (geel worden). De verse snijwonden van het maaien verdampen immers veel meer.
- In de zomer moet je, als je in het voorjaar langzaam werkende meststoffen gebruikt hebt, in juli of augustus een keer bijmesten. Heb je een kortwerkende meststof gebruikt, dan verdient het de aanbeveling om elke maand bij te mesten.
- Als je het gazon bemest, doe dit dan op een wat sombere, niet zonnige dag, dit voorkomt gele plekken. Indien mogelijk het liefst bemesten als de weersvoorspellingen voor de komende dag(en) veel kans op regen geven.
- Mestkorrels verdeel je op een groot gazon bij voorkeur met een strooiwagen. Doe je dat niet dan kan het zijn dat je plekken vergeet of op de ene plek meer strooit dan op de andere. Dit heeft als resultaat dat je een gazon met ‘golven’ krijgt op de ene plek en het sneller groeit op de andere plek.
- Graskanten afsteken zodat ze niet te diep in de bloemenborder groeien. Slordige graskanten zorgen voor een minder net aanzicht van het gazon.
- Als je terug komt van enkele weken vakantie en het gras staat zeer lang, dan maai je dit best eerst in een hogere maaistand en pas na enkele dagen op de normale maaihoogte.
- Om van je maaisel af te raken, kun je het in een dun laagje uitspreiden achteraan in de plantenborders tussen de sierheesters. Op de plaatsen waar zo’n laagje afgereden grasmaaisel ligt hoef je minder of niet meer te wieden en het maaisel wordt door de tuinwormen omgezet tot humus en voedsel voor de planten.
- Je kunt ook een grasmaaier gebruiken die het gras bij het maaien ineens versnipperd en verspreid over het gazon.
- Bij aanhoudend droog en warm weer het gazon regelmatig besproeien. Eenmaal per week gedurende enkele uren water geven is beter dan dagelijks een kwartiertje het zand te blussen. LET OP: is er weinig water of geldt er een sproeiverbod? Niet erg! Weet dat het niet echt noodzakelijk is om een bestaand gazon te besproeien, want na enkele regenbuien zal het zich heel snel herstellen.
- Reinig na het maaien de messen en binnenkant van je grasmaaier met een grasmaaierborstel zodat achtergebleven maaisel niet blijft kleven.
Groenten en fruit
- Je kan nu nog verschillende gewassen zaaien: radijs, winterrammenas, spinazie, veldsla en raapstelen. Geef bladgewassen stikstofrijke mest en wortelgewassen kaliumrijke mest.
- Kropsla, bloemkool, koolrabi, sla en andijvie kunnen nu nog worden uitgeplant.
- Let op voor knolvoet bij kolen. Merkt u eigenaardige verdikkingen op in de knollen, haal de planten dan onmiddellijk weg met een flinke kluit omringende grond. Gooi ze in geen geval op de compost! Teel op de aangetaste plek voorlopig geen kolen.
- Let op voor spintmijten bij bonnen, komkommer en augurken. Ze zijn meestal rood of geel en veroorzaken vergeling en afsterving van bladeren en scheuten.
- Blijf de tomaten toppen en dieven om de groei van de vruchten te stimuleren. Haal ook de bladeren rond de vruchten weg en geef voldoende water op droge dagen!
- Voer aardappellof af en gooi het niet op de composthoop, het bevat veelal ziektekiemen!
- Leg deze maand nog nieuwe aardbeibedden aan zodat ze nog voldoende kunnen groeien voor de winter. Combineer verschillende draagtijden en plant ook doordragers.
- Snoei afgedragen frambozenstokken weg bij de grond en voer ze af, ook zij dragen dikwijls ziektekiemen. Laat jongen scheuten uiteraard staan!
- Gebruik bij het oogsten van klein fruit brede platte manden, voorkom op die manier dat de vruchten worden geplet!
‘Augustijntje zonneschijntje, deze winter…lekker wijntje.’