Latijnse naam | Salvia officinalis 'Icterina' |
Plantennaam | Salie, smalbladige salie |
Familie | Lamiaceae (lipbloemenfamilie) |
Soort gewas | Vaste planten |
Groeihoogte max. | 30 - 40 cm |
Bloeikleur | Violetblauw |
Bloeimaand | Juni, Juli, Augustus |
Bladkleur | Geel, Bont / gestreept |
Wintergroen | Bladverliezend, Half wintergroen |
Winterhardheid | Matig winterhard |
Standplaats | Zon |
Habitat | Droge bodem, Normale bodem |
PH bodem | Kalkminnend, Neutraal |
Speciale kenmerken | Snijbloem, Bijen aantrekken, Vlinders aantrekken, Kuipplanten, Aromatisch, Rotsplanten, Tuinkruiden |
Plantdichtheid | 7 tot 9 per m² |
Salvia officinalis 'Icterina' is compacter dan de wilde officinale salie maar heeft dezelfde aromatische en kruidachtige eigenschappen en kunnen daarom ook worden gebruikt bij het koken.
Het ovaal, langwerpig blad is bont, grijsgroen met een goudgele rand, helder en zeer decoratief.
Bloeit met kleine aren van paarsblauwe bloempjes.
Gedijt in een arme, goed doorlatende, vrij droge grond op een zonnige plaats.
Matig tot redelijk winterhard, beschut planten en beschermen tegen strenge vorst.
Snoei aan het begin van de winter terug tot 25 cm.