Een jaar op stap door het Wilde België
In het boek 'Een jaar op stap door het Wilde België' wordt je meegenomen achter de schermen van de meest prestigieuze natuurdocumentaire over de wilde natuur in België. Wie het wil zien kan er niet onderuit: ook in ons land zijn we omringd door fascinerende, wilde natuur. Het multimedia project Onze Natuur heeft als missie dat wilde België in zijn volle glorie te laten zien, van aalscholver tot zwarte ooievaar. Om elke natuurliefhebber te laten inzien dat hij grenzeloos trots mag zijn op wat er zich dagelijks in onze natuur afspeelt.
Samen met een gans team trekt bioloog en cameraman Pim Niesten eropuit om onze natuur op een ongeziene manier in beeld te brengen. Tijdens zijn werk houdt Pim een dagboek bij. Speciaal voor dit boek verzamelde hij zijn mooiste belevenissen. We nemen je mee op zijn tocht door de Ardennen in september....
1, 2, 3 piano met bronstige herten
Onvergetelijk brulconcert in een inktzwart woud
In de Ardennen kenden we een topplekje. We wisten dat er een goede populatie van edelherten zat en gaandeweg bouwde ik het verhaal van de edelherten daar op. Ik was er al vaak gaan filmen in alle seizoenen en in de meest uiteenlopende omstandigheden, dus ik kende de locatie als mijn broekzak. De opziener van het woud hielp ons ook enorm. Hij wees ons waar de herten zich schuilhielden, langs welke wissels ze liepen en wat de interessante plekken waren. Dit keer gingen we specifiek op zoek naar bronstige, burlende herten. Alles op film krijgen was gemakkelijker gezegd dan gedaan. Ettelijke dagen heb ik moeten spenderen om de bronst vast te leggen. Enkele nachten na elkaar was het nat en warm tegelijk - de slechtst denkbare combinatie voor de bronst. Herten willen koude nachten voor ze beginnen met burlen. De bronstperiode liet dus op zich wachten, waardoor er voor ons ook niets op zat dan te wachten...
Op een middag gaf de opziener ons groen licht en leken de omstandigheden mee te zitten. We konden eindelijk op pad. Ik moest al in de namiddag gaan postvatten, ook al zou de actie pas plaatsvinden bij valavond. Het verzamelen van de hindes op een open stuk in het bos, mannetjes die met elkaar in gevecht zouden gaan, het burlen zelf - ik wist heel goed wat ik in beeld wilde krijgen. Om mijn kans op slagen zo hoog mogelijk te houden besloot ik geen risico te nemen. Ik zou naar mijn doelwit toe sluipen.
Ik had een plek in gedachten waarvan ik vermoedde dat die 's avonds een arena van vechtende edelherten zou kunnen worden. We slaagden erin een heel stuk van de weg ernaartoe ongezien af te leggen. Al bij al raakten we vrij comfortabel tot op een afstandje van de bosrand, al waren we bepakt en bezakt met zwaar cameramateriaal. Vanaf die plek was het een kwestie van inschatten vanwaar de wind waaide om zo te bepalen wat onze volgende move zou worden.
Spannend, want de laatste honderd meter tot aan de bosrand moet je jezelf bewust zijn van alles wat je doet. Niet één takje mag breken. Geen enkele telefoon mag bliepen. Elk kuchje moet je onderdrukken. Volledig uitgedost in onze camouflagepakken en met een net over de camera kropen we sluipend dichterbij. Bij het minste vermoeden dat een van de hindes ons zou kunnen zien moesten we altijd even stokstijf blijven liggen. Het leek wel een spelletje 1, 2, 3 piano met de herten! De laatste meters moesten we helemaal tijgeren, plat op onze buik verder kruipen, door de varens, ik met een zware cameratas en mijn assistent Yannis met het statief achter mij aan. We deden er alles aan om onder de radar te blijven.
Al die tijd had ik de herten strak in het vizier. Pas toen we nog maar enkele meters verwijderd waren van de plek waar we moesten zijn, durfden we even uit te blazen om bij te komen van de zenuwslopende tocht. Uiteindelijk stelden we het statief op. Zo hoog mogelijk om goed te kunnen filmen, boven de varens uit, maar ook zo laag mogelijk opdat de hindes ons niet zouden zien. We schoven het camouflagenet eroverheen en keken gespannen toe wat de hindes deden. Elke beweging hield ik minutieus in de gaten - nu zijn ze afgeleid, nu grazen ze, nu kunnen we opschuiven. Telkens zetten we een klein stapje verder. Bruuske bewegingen moesten we vermijden. Ontzettend spannend allemaal. Eén foute beweging en de hele locatie zou om zeep zijn. Mijn hart bonkte in mijn keel, maar uiteindelijk slaagden we er toch maar mooi in te raken waar we wilden zijn. Alles stond klaar en we zaten op een geweldige locatie om het schouwspel te filmen.
En toen... begon het pijpenstelen te regenen! De regen viel met bakken uit de lucht. De lens dampte aan, wij raakten doorweekt, maar de herten leken er geen last van te hebben. De groep hindes bleef rustig grazen, terwijl er rond hen een groot mannetjeshert paradeerde. Hij was vastberaden om zijn hindes in een harem bij elkaar te houden. Zijn geburl was machtig om te horen. Plots kwam er een ander mannetje uit het bos, trots pronkend met zijn indrukwekkende gewei. Eerst stapten ze parmantig evenwijdig naast elkaar terwijl ze elkaar niet één blik gunden! Je voelde gewoon hoe ze elkaar aan het peilen waren en probeerden in te schatten wat de ander zou gaan doen. Dan, vanuit het niets, gingen ze in een fractie van een seconde over tot een loeiharde vechtpartij. We hoorden hun geweien tegen elkaar kletteren, we zagen de mannetjes vechten, duwen, briesen... Pas na een hele tijd en een zwaar gevecht droop de uitdager af. Echt kicken om dat hele ritueel en heftige gevecht van zo dichtbij te mogen meemaken!
Stilaan werd het te donker om te filmen. Pas toen de duisternis helemaal was ingevallen, liepen we terug. Om de dieren niet te storen legden we ook de omgekeerde route heel voorzichtig en in stilte af - we wilden de locatie immers niet verbranden voor eventuele volgende opnames. De auto stond een heel eind verderop, geen pretje met onze zware cameraspullen. We besloten dat Yannis de auto zou ophalen, terwijl ik bij het materiaal bleef. Daarvoor moest hij eerst nog een halfuurtje over een donker boswegje lopen, terwijl ik drie kwartier helemaal alleen in het pikzwarte bos op hem bleef wachten. Best cool: rondom mij hoorde ik langs alle kanten geburl. Soms in de verte, soms heel dichtbij. Het was de max, dat doordringende geluid en het gevoel dat die machtige beesten daar rondliepen, vlak bij mij. Helemaal alleen, in een pikdonker bos vol burlende herten - die ervaring had ik nog niet gehad. Ook al hoopte ik stiekem dat er gaan enkel edelhert plots op het lumineuze idee zou komen om mijn kant op te komen, toch was ik blij dat ik dat mocht meemaken. Het was echt zo'n moment waarop ik mezelf heel klein voelde. En er was nog een voordeel: omdat het zo donker was, viel er niets meer te filmen en kon ik volop genieten van het moment. Het voelde aan als een enorme ontlading. Zo honderd procent in het moment zijn lukt me niet altijd even goed, er valt altijd wel ergens iets te doen of te bedenken om te filmen. Maar niet die avond. Het enige wat ik dacht was: ik hoop dat Yannis nog keilang wegblijft.