Roofvogel in de kijker: de torenvalk
Het valt me op dat één van Vlaanderen's kleine valken opnieuw nadrukkelijker aanwezig is in het landschap. De torenvalk (Falco tinnunculus) is een prachtige roofvogel die de kunst van het 'bidden' als geen ander bezit. Je ziet ze al te vaak langsheen de weg ter plaatse in de lucht hangen, waarbij de vleugels snel op en neer bewegen. Het 'bidden' is een uitstekend hulpmiddel om een prooi in het onderliggende perceel te lokaliseren. Er zijn nog roofvogels zoals de buizerd en de wouw die deze jachttechniek toepassen maar geen van hen doet het zo frequent als onze kleine torenvalk.
Een andere opmerkelijk kenmerk bij deze soort is het kleurenverschil tussen de mannelijke en vrouwelijke valk. Bij andere roofvogels kan je het verschil in geslacht enkel afleiden uit de grootte en het gewicht van de soort waarbij de vrouwelijke vogels steeds een stuk groter zijn dat hun wederhelften. Een merkwaardig verschil dat deels eenvoudig te verklaren is, als je logisch nadenkt: het vrouwtje, die het grootste deel van het broeden op zich neemt is groot en sterk om het nest tegen indringers te verdedigen. Het mannetje daarentegen moet in de broedperiode -en de daaropvolgende periode na het uitpikken van de kuikens- met zijn snelheid en behendigheid constant prooien aanbrengen. Pas wanneer de jongen groter zijn zal ook het vrouwtje, al jagend, haar steentje bijdragen. Zij zal uiteraard grotere prooien vangen en dit is mooi meegenomen nu de jongen ook meer voedsel nodig hebben.
De mannelijke torenvalk is prachtig gekleurd en herken je nagenoeg onmiddellijk. Hij heeft een prachtige staalgrijze kop met kenmerkende zwarte oogstrepen. Het achterlijf waarop de vleugels rusten is mooi bruin met zwarte spikkels en de zwarte vleugelpunten bedekken de staalgrijze lange staart die ook op zijn beurt eindigt in een zwarte band. De bleke borst is beige met donkere parels. Het vrouwtje, een stuk groter dan het mannetje, is nagenoeg volledig gepareld, om niet te zeggen gebandeerd. Ze kan licht grijsblauwe kaken hebben maar alle overige lichaamsdelen zijn beige tot bruin in verschillende tinten.
De torenvalk is vriend van elke tuinliefhebber gezien deze kleine valkensoort (30 à 35 cm) bijna alle kleine knaagdieren op het menu heeft staan. Het is dus een uitstekende helper bij het vangen van muizen, woelmuizen en kleine ratten en bovendien een streling voor het oog om naar te kijken.
Gezien deze kleine valkensoort geen nest bouwt kan je hem helpen door het ophangen van een speciale nestkast. Een valkenpaartje houdt van de combinatie bosrand en open landschap en verkiest dan ook een nestplaats beschemd in de boomtoppen maar met het zicht op open landschap voor het detecteren van potentiële prooidieren. Hang de kast dus in een bosrand of bomengroep met een vrije invliegopening weg van het zuidwesten. De ideale kastafmetingen zijn circa 50 cm x 30 cm x 25 cm met een opening van circa 25 cm x 15 cm. De ideale kasthoogte is circa 400 tot 500 cm. Gebruik duurzaam hout of koop een kant en klare kwalitatieve kast, bedek de bodem met turfmolm of houtschilfers.
Als alles goed gaat zal het paartje vier à vijf jongen grootbrengen in de periode van april tot augustus. Een leuk extraatje in jouw tuin of op de boerderij, weg met overtollige knaagdieren en grote insecten zoals bijvoorbeeld meikevers. De kast kan ook als winterverbijf worden gebruikt dus aarzel niet om dit najaar een kast op te hangen en wacht geduldig op de eerste kennismaking met deze prachtige soort!