Een zomer lang genieten van Salvia
Zuid-Amerikaanse schone
Weinig tuinplanten bieden zoveel variatie in kleur als het elegante halfheestertje Salvia microphylla, in alle tinten wit, roze, paars, rood, geel, lila, … van eind mei tot de eerste vorst. Qua keuze en bloeirijkheid kan ze probleemloos concurreren met veel eenjarigen. In Engeland is deze half-winterharde struik al heel lang ingeburgerd, bij ons zie je ze, net als Penstemon, nog altijd maar met mondjesmaat in de tuin of op het terras. En dat is jammer, want Salvia microphylla past met haar 30 tot 50 cm hoogte op zowat elke plek. Enige voorwaarde: veel zon, en een goed doorlatende, liefst kalkrijke bodem. Op zo’n plek weerstaan ze, ondanks hun frêle uiterlijk en Mexicaanse roots, tot -10 °C. De bekendste is ‘Hot Lips’, met rood-met-witte ‘lippen’. Ze oogt grappig, maar er zijn beslist veel mooiere kleuren en combinaties voor de tuin, zoals de lichtblauwe ‘Bleu Merced’, de botergeel met zachtrode ‘La Mancha’, of ‘Nachtvlinder’, met dieppaarse, fluweelachtige bloempjes. Houd je van rood, neem dan ‘Royal Bumble’. De bloemen zijn niet alleen mooi, ze zijn ook nuttig –bijen en hommels komen er in de herfst nectar tanken – en lekker. Strooi ze over salades en desserts; elke cultivar heeft zijn eigen (fruit)smaak.
Zo verzorg je ze
Knip Salvia microphylla midden maart of begin april tot een derde in. Geef planten in volle grond midden april mest met een hoog kaliumgehalte; meststof voor tomaten is ideaal voor salvia’s. Planten in pot mogen dan naar buiten. Vanaf begin mei geef je planten in pot elke 14 dagen vloeibare voeding voor terrasplanten, tot eind augustus. Knip midden juli de uitgebloeide bloemen op de toppen van de stengels af (zo’n 10 cm) en bemest opnieuw, voor een tweede bloei. - Salvia microphylla stek je in april en mei, en niet in augustus, zoals je soms leest. Haal struikjes in pot in november, of na een eerste lichte nachtvorst, naar binnen, in een (onverwarmde) serre of tuinhok met veel licht. Met een minimum aan water overwinteren ze daar probleemloos.
Het stoere broertje Salvia guaranitica
Een andere bijzonder interessante tuinsalie is de hogere, volumineuzere struik Salvia guaranitica. Ze wordt makkelijk 1,5 tot 2 m hoog, met ijle, elegante stengels met licht behaard blad en grote bloemen in alle tinten blauw, met paarse bloemkelken. De adembenemende donkerpaarse ‘Amistad’, wereldwijd een topper, bloeit van begin juli tot november, of tot de eerste vorst. In de befaamde Engelse tuin Great Dixter komt ze op tal van plekken in de borders én in terraspotten terug. Op een zonnige plek in goed doorlatende grond, uit de noordoostenwind, kan ze in ons klimaat vlot overwinteren (tot -10 °C). Ook mooi: ‘Super Trooper’, een imposante struik tot soms 2,5 m hoog, met lichtblauwe bloemen, die het ook goed doet in halfschaduw, en ‘Phyllis’ Fancy’, met witte bloemen met een subtiele lavendelblauwe tint. Net als Salvia microphylla verlangt Salvia guaranitica goed doorlatende grond; verlicht zware grond met extra compost of bodemverbeteraar, en wat kalkgrit. Geef een steun op een plek met veel wind. Let in de vroege lente op voor slakken, en snoei de struik niet voor begin april, en al zeker nooit voor de winter.